Antwoorden op vragen over verhoogde hazensterfte


Sinds augustus is het aantal meldingen over zieke en dode hazen gestegen. De meldingen komen vooral uit de provincies Gelderland en Overijssel. De Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) doet onderzoek naar de oorzaken en verspreiding van deze onbekende hazenziekte.


Tellingen, meldingen en maatregelen van jagers spelen hierbij een belangrijke rol. De Jagersvereniging stemt doorlopend af met de DWHC en de FBE’s uit getroffen regio’s. Daarnaast ondersteunen we de DWHC bij het beantwoorden van een aantal belangrijke vragen. Via de nieuwsbrief informeren we u wekelijks over de ontwikkelingen. In dit nieuwsbericht antwoorden op veelgestelde vragen.


Welke symptomen hebben besmette hazen?


Bij veel zieke en dode hazen werden verdikking met ontstekingen gezien van de huid rond de ogen en neus en rond de anus. Zieke dieren gedragen zich apathisch, lijken blind en vallen om. Vaak werden dode hazen buiten hun leger aangetroffen. Bovendien werd bij veel hazen ook longontsteking vastgesteld.


Wat is er bekend over de veroorzaker van deze hazenziekte?


DWHC heeft dood gevonden hazen getest op hazensyfilis en myxoma-achtige virussen. Alle geteste dieren bleken besmet met een myxoma-achtig virus, hoewel er ook aanwijzingen zijn voor infecties met andere ziekteveroorzakers. Nader onderzoek moet uitwijzen wat de precieze veroorzaker is van de verhoogde hazensterfte, en in hoeverre verschillende ziekteveroorzakers hieraan bijdragen. Dit vervolgonderzoek moet duidelijke handvatten bieden voor hoe jagers moeten handelen om verdere verspreiding te helpen voorkomen.


Waar komt deze hazenziekte vandaan?


Sinds vorig jaar zijn er meldingen van onverklaarde hazensterfte in Duitsland. Deze zomer lijkt de ziekte ook de Duits-Nederlandse grens te zijn gepasseerd. Vooralsnog liggen de grootste besmettingshaarden in de provincies Gelderland en Overijssel. Hoe de ziekte in Duitsland is ontstaan is nog niet bekend. De DWHC werk nauw samen met de Duitse autoriteiten bij de lopende onderzoeken. Daarnaast wordt afgestemd met onze oosterburen over eenduidige adviezen die gelden om verspreiding van de ziekte te voorkomen. De Jagersvereniging informeert u wekelijks over deze actuele adviesmaatregelen via de nieuwsbrief.


Wat moet ik doen bij een dood gevonden haas?


Omdat het een onbekende ziekte is wordt het zekere voor het onzekere genomen. Het actuele advies van DWHC luidt daarom dood gevonden hazen niet in het veld achter te laten en ook niet te begraven. Verpak dood gevonden dieren hygiënisch in een dubbele laag plastic en biedt deze ter destructie aan (grijze kliko voor restafval). Het aanbieden via de milieustraat wordt ontraden omdat onverpakt dieren lang blootgesteld zijn wat mogelijk bijdraagt aan de verspreiding. Daarnaast doen we de dringende oproep om dood gevonden dieren met bovengenoemde symptomen altijd te melden via https://dwhc.nl/meldingsformulier/


Welke hygiëne maatregelen moet ik treffen?


Bij nieuwe dierziektes gelden altijd strikte hygiënevoorschriften. Maak goed schoon en desinfecteer uw kleding en laarzen grondig nadat u in het veld bent geweest. Voorkom dat u bijdraagt aan de verspreiding van het virus door u van het ene naar het andere gebied te verplaatsen zonder tussendoor hygiënemaatregelen te treffen. Het is raadzaam om (jacht)honden alleen mee te nemen naar besmette gebieden wanneer dit echt net anders kan.


Hoe besmettelijk is deze nieuwe hazenziekte?


Op dit moment is nog niet zeker hoe de ziekte wordt overgedragen en hoe groot de kans is dat hazen in besmet gebied ook ziek worden. Om dit beter in kaart te brengen doet DWHC in samenwerking met epidemiologen, de Jagersvereniging en de FBE Gelderland nader onderzoek. De jaarlijkse najaarstellingen met behulp van warmtebeeld in Gelderland en het aantal meldingen van dood gevonden dieren bij DWHC en in het FRS kunnen hierbij helpen. Jagers in Gelderland worden daarom opgeroepen om de najaarstellingen zo snel en nauwkeurig mogelijk in te voeren in het FRS.


Hoe snel verspreid het virus zich?


Deze vraag is lastig te beantwoorden omdat onze recente oproepen om dood gevonden dieren te melden hebben geleid tot meer meldingen van jagers. Of dit betekent dat de ziekte zich ook even snel verspreid kan nog niet met zekerheid worden vastgesteld. Hoe meer er gemeld wordt des te beter inzicht we krijgen in de huidige verspreiding van het virus en des te beter we kunnen monitoren of en hoe snel het virus zich verspreidt naar andere delen van Nederland. DWHC en de Jagersvereniging roepen jagers daarom op om dood gevonden dieren met verdachte symptomen te blijven melden via https://dwhc.nl/meldingsformulier/


Wat is het advies over jacht?


In gebieden die getroffen zijn adviseren we jagers om spaarzaam om te gaan met hazen. Dit betreft een voorzorgsmaatregel zolang er geen duidelijkheid is over hoe jacht bij kan dragen aan het voorkomen van de verspreiding van de ziekte. Voor gebieden die niet getroffen zijn geldt vooralsnog geen aangepast advies buiten de aangescherpte hygiënevoorschriften. Onderzoek moet uitwijzen welke adviezen bijdragen aan het voorkomen van verspreiding van de ziekte en welke juist averechts werken. Uiteraard verleent de Jagersvereniging alle medewerking aan DWHC om hier zo snel mogelijk antwoord op te krijgen.


Wat zijn de gevolgen voor de hazenstand op korte termijn?


Tellingen van jagers vormen een belangrijke bron van informatie om scherper in beeld te krijgen wat het effect van het virus is op de populatie. Zowel tellingen uit besmette als niet besmette gebieden zijn van belang om de gevolgen goed te kunnen inschatten. Tegelijkertijd moeten daarbij ook andere natuurlijke schommelingen meegewogen worden zoals jonge hazensterfte als gevolg van een zeer nat voorjaar. De FBE Gelderland is daarom op zoek naar jagers die vanuit hun veldervaring jonge en oudere hazen van elkaar kunnen onderscheiden. U kunt zich daarvoor melden bij de FBE via gelderland@faunabeheereenheid.nl.


Wat wijst DNA-onderzoek uit?


Op basis van zogenaamd PCR onderzoek is aangetoond dat het een myxoma-achtig virus betreft. Bij PCR-onderzoek wordt een klein stukje van het virale DNA sterk vermeerderd om vast te kunnen stellen of het aanwezig is in dood gevonden dieren. Of het werkelijk myxomatose betreft of een aanverwant virus moet uit het ingezette vervolgonderzoek blijken. Daarin wordt het gehele genoom van het virus in kaart gebracht en vergeleken met andere myxoma-achtige en gerelateerde virussen. Pas dan wordt duidelijk of het om hetzelfde virus gaat wat bijvoorbeeld in konijnen voorkomt. Voor het vervolgonderzoek werkt DWHC nauw samen met Duitse collega’s. Uiteraard wordt de Jagersvereniging goed geïnformeerd over de ontwikkelingen in dit onderzoek.


Is het ook besmettelijk voor konijnen?


Op dit moment is onbekend of het virus in hazen ook leidt tot besmetting en ziekte in konijnen. Er zijn nog geen meldingen van dood gevonden wilde konijnen met verdachte symptomen binnen gekomen bij DWHC. Mocht u dode konijnen met verdachte symptomen aantreffen in uw jachtveld, bewaar deze dan in dubbel plastic in de koelkast en neem contact op met het DWHC via https://dwhc.nl/meldingsformulier/. Om het zekere voor het onzekere te nemen gelden de volgende adviezen voor houders van tamme konijnen: zorg dat uw huisdieren gevaccineerd zijn en scherm het hok af met muggengaas. Daarnaast is het een slecht idee om gehouden konijnen in getroffen gebieden te verplaatsen.


Hoe ga ik om met vragen vanuit de media?


De Jagersvereniging onderhoudt nauwe contacten met de DWHC en de FBE’s om de situatie zo goed mogelijk te monitoren. We zijn op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en ondersteunen bij lopende onderzoeken. Mocht u of uw WBE vragen krijgen vanuit de media dan is ons advies om hen contact op te laten nemen met de Jagersvereniging via info@jagersvereniging.nl of door te bellen naar 033 461 98 41.


Het bericht Antwoorden op vragen over verhoogde hazensterfte verscheen eerst op De Jagersvereniging.



Bron: Jagersvereniging | 04-10-2024

Terug naar nieuws

De wildbeheereenheid is de vereniging van lokale jachthouders en jagers die uitvoering geeft aan verantwoord en duurzaam wildbeheer.